Mobiliteit: laat ons eindelijk eens wielen in de stokken steken

woensdag, 30 april 2025

Op dinsdagochtend 29 april klinkt het aan de ontbijttafel op Radio 1: “E313, 70 minuten extra van Massenhoven naar Antwerpen”. Anderhalf uur rijden dus over 15 kilometer. Ondertussen lees ik in De Standaard: “Nu ook in weekends vaker ellenlange files”. Een record! Zouden de heilige salariswagens er voor iets tussen zitten? De spoorwegen steken een handje toe en staken voor de 23ste keer dit jaar. Ook een record. De gedupeerde reizigers staan alweer in de kou. NMBS-baas Sophie Dutordoir vindt het ogenschijnlijk normaal dat haar klanten niet gecompenseerd worden voor het feit dat ze voor hun abonnement wel de volle pot betaald hebben, maar het slechts voor 80 % kunnen gebruiken. Tot vandaag heeft ze in ieder geval nog geen enkele blijk van bezorgdheid voor  haar reizigers gegeven, laat staan begrip. Ze blijft oorverdovend stil. Het Vlaamse mobiliteitsleven zoals het is.

Leg daar het Vlaams regeerakkoord van 24 september 2024 naast: “We gebruiken onze ruimte efficiënter en verlagen de druk op leefmilieu, gezondheid en verkeersveiligheid door een sterke koppeling tussen ruimte- en mobiliteitsbeleid en via een ambitieuze modal shift. Het aandeel duurzame modi neemt toe tot 50 % van alle verplaatsingen in Vlaanderen tegen 2030.” Het federaal regeerakkoord van 31 januari 2025 gaat op hetzelfde elan verder: “We beogen met ons beleid stappen te zetten naar koolstofneutrale mobiliteit, onder andere door in te zetten op de modal shift. Daarbij is de versterking van de spoorinfrastructuur voor zowel personenvervoer als goederenvervoer van groot belang. Een modal shift helpt niet alleen om de files op te lossen, luchtvervuiling en klimaatproblematiek aan te pakken, maar is ook cruciaal om onze welvaart veilig te stellen.” Dadendrang of holle frasen?

Datzelfde federaal regeerakkoord legt de NMBS en Infrabel tot 2029 wel 675 miljoen euro bijkomende besparingen op. Terwijl Vlaams mobiliteitsminister Annick De Ridder (N-VA) voortdurend herhaalt dat er nog nooit zoveel in De Lijn geïnvesteerd is als nu, is 1 op 40  van alle tram- en busritten bij gebrek aan voldoende exploitatiemiddelen structureel geschrapt. Dat de Vlaamse regering het exploitatiebudget van De Lijn pas vanaf 2026 schoorvoetend en vooralsnog bescheiden laat groeien, lost de problemen vandaag niet op en zorgt er zelfs voor dat De Lijn op 1 juli opnieuw ritten moet schrappen.

In de frigo zit ook nog de beleidsvoorbereidende studie naar mogelijke kilometerheffingen voor personenwagens die de vorige Vlaamse regering onder leiding van Jan Jambon (N-VA) bestelde. Alsof het de Vlamingen niet aanbelangt, wil de huidige Vlaamse regering onder leiding van Matthias Diependaele (N-VA) de met belastinggeld betaalde studie niet vrijgeven. Begrotingsminister Ben Weyts (N-VA) wil van de kilometerheffing niet van weten omdat ze de auto voor woon-werkverkeer duurder zou maken. Mobiliteitsminister Annick De Ridder verklaart in het parlement “dat we stilaan moeten stoppen met studeren op zaken waarvan we weten dat we ze niet gaan doen.” Maar die modal shift willen ze wel. Beweren ze toch. Als de automobilist zich maar niet geviseerd voelt. En ze niet teveel moeite voor het openbaar vervoer moeten doen.

Het woord mobiliteit vindt zijn oorsprong in het Latijnse mobilitas, wat beweeglijkheid en bij uitbreiding snelheid betekent. In Vlaanderen heeft men inmiddels die mobiliteit zoveel stokken in de wielen gestoken dat we meer stilstaan dan vooruitkomen. Niet alleen reizigersvereniging TreinTramBus vindt dat, ook belangrijke economische actoren als Voka of de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven (CRB) luiden de alarmbel. Elke filedag kost de Vlaamse economie volgens Voka anderhalf miljoen euro. Welvaartvernietiging dus, om van de nadelige gevolgen voor leefmilieu, gezondheid en leefkwaliteit nog te zwijgen. Eensgezind pleiten ze voor een kilometerheffing en een grondige modal shift. Maar de armlastige regeringen van dit land laten de opbrengsten daarvan liever achteloos links liggen, terwijl ze net daar extra investeringsmiddelen zouden kunnen vinden om het openbaar vervoer duurzaam uit te bouwen. Want zonder betrouwbare, comfortabele, frequente en stipte treinen, trams en bussen verleid je automobilisten niet om hun auto aan de kant te laten staan.

Peter Meukens, voorzitter TreinTramBus

Dit artikel verscheen in een licht aangepaste versie op 30 april 2025 als opinieartikel in De Standaard.